terug naar overzicht
naar vorige bladzijde

De pater

De christenen, met uitzondering van de grootste mystici, houden vast aan de gedachte van een eeuwig en afzonderlijk ik. Sri Bhagavan had hierover een discussie met een jezuïetenpater. Bhagavan probeerde de geest van de pater naar binnen op Zelf-onderzoek te richten, maar de pater vroeg in plaats daarvan een theoretische uiteenzetting.


De pater: Wilt u zo vriendelijk zijn een samenvat- ting van uw leringen te geven?
B.: Ze staan in de boekjes, in het bijzonder in 'Wie ben ík?'.
P.: Ik zal ze lezen, maar mag ik de kern van uw leringen uit uw eigen mond vernemen?
B.: Het kernpunt is juist het 'Wie ben ik?'.
P.: Wat u daarmee bedoelt is me niet duidelijk.
B.: Dat u de kern moet vinden.
P.: Ik kom van God. Zijn God en ik niet verschillend?
B.: Wie stelt deze vraag? Niet God, maar u. Ontdek dus wie u bent en dan zult u weten of God en u verschillend zijn.
P.: Maar God is volmaakt en ik ben onvolmaakt. Hoe kan ik Hem ooit volledig kennen? (32)
B.: Dat zegt niet God, u bent het die de vraag stelt. Als u ontdekt wie u bent, zult u wel weten wat God is.
P.: Maar u heeft uw Zelf gevonden. Wilt u dan niet zeggen of God verschillend van u is?
B.: Het is een kwestie van ervaring, iedereen moet dat voor zichzelf ervaren.
P.: Is het zo dat God oneindig is en dat ik eindig ben en dat mijn individualiteit nooit op kan gaan in God?
B.: Er is niets buiten oneindigheid en volmaaktheid om. Als een oneindig wezen los staat van de Oneindigheid, wordt aan de volmaaktheíd van de Oneindigheid te kort gedaan. Hetgeen u zei bevat dus een tegenstrijdigheíd.
P.: Neen, er is zowel God als schepping.
B.: Hoe bent u zich bewust van uw persoonlijkheid?
P.: Ik heb een ziel. Die ken ik door haar werkzaamheden.
B.: Kende u haar gedurende de periode van diepe slaap?
P.: De werkzaamheden worden in de periode van de diepe slaap onderbroken.
B.: Maar u bestaat terwijl u slaapt en u bestaat nu ook. Welke van deze twee is uw ware toestand?
P.: Slapen en waken zijn louter toeval. Ik ben de wezenlijkheid achter de toevallige omstandigheden.

Hij richtte zijn blik op de klok en zei dat het tijd voor hem was zijn trein te halen. Hij vertrok nadat hij Sri Bhagavan bedankt had. Het gesprek eindig- de dus onverwacht plotseling.

























volgende
terug naar inhoud

aangemaakt: 19-04-2015 laatste aanpassing: 22-04-2015