lijst van werken
vorige bladzijde



volgende bladzijde samengaan, een samenzijn, niet nog in geest en waarheid, maar in deelhebben: in deelhebben aan de Geest en in deelhebben aan de Waarheid.

Maar zoals een niet-christelijke religie in de verborgenheid der tijden en in de verborgenheid van haar zichtbaarheid een eigen geschiedenis heeft gehad: een eigen begin, een eigen zelfontvouwing, een groeien door en doorheen eigen vragen en antwoorden, zo heeft zij ook eenmaal een geheel eigen voltooiing: Christus toch werd verworven als de vervulling van een geheel eigen geschiedenis der ziel, als het antwoord en (voorlopige) slotwoord op een geheel eigen gang door de geschiedenis der mensheid. Kan men zeggen, dat beide werelden één zijn wanneer beide zich tot het ware verstaan van Christus’ waarheid hebben gezuiverd, ook dan nog zijn beide werelden één zoals twee mensen één zijn die, één in Christus, toch twee diep verschillende, voor elkaar wezens-vreemde, ondoorgrondbare mensen bleven, – maar die elkander beminnen en elkanders ,,broeders” zijn omdat het object van hun diepste liefde dezelfde Christus is. Ook wanneer hun beider wegen zijn samengekomen in Christus, als de enige Leraar der volken, leven het Oosten en het Westen binnen een eigen zielsgebied, binnen een eigen gedachten- en vormenwereld. Deze gebleven ondoorgrondbaarheid en dit gebleven anders-zijn is ook geheel zuiver en geheel goed. De ziel van de ander niet willen binnendringen, haar slechts aan de uiterste rand en met ontschoeide voeten willen betreden, is de schoonste eerbied voor de mens. De enige opdracht van de mens jegens de mede-mens is toch slechts: de wegen naar dit heiligste ergens te helpen effenen voor Hem, die alleen recht heeft de ziel van de mens binnen te gaan en in bezit te nemen. Als deze voltooiing zich verwerkelijkt heeft, is ook het woord vervuld: ,,Dan behoeft geen de ander meer te onderrichten, want allen erkennen ze Mij, de geringen zowel als de groten” (Jer. 31, 34); dan zijn allen, slechts hun eigen orde zijnde, één zoals alle dingen der schepping één zijn die toch alleen zichzelf zijn en die, door hun eigen orde te zijn, de orde-eenheid zijn van het geheel. Dan legt geen zich meer volgende bladzijde


212














volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 29-07-2010 Copyright © 2010 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 30-08-2010