lijst van werken
vorige bladzijde



volgende bladzijde formalisme en deszelfs vertroostingen. Dergelijke geschriften – evenals de infantiele kitsch der (al of niet aangepaste) kerkelijke missie-kunst – maken op de religieuze mens van het Oosten niet de minste indruk. Zij wekken niets in hem, tenzij een verwonderd dédain. Ze vinden hoogstens een weg naar een religieuze zelfkant, een ontwortelde periferie en een in die kringen met kunst en vliegwerk aangeworven christenheid die tenslotte slechts materiaal blijkt voor statistieken 1). De werkelijk religieuze mens van het Oosten gaat er zwijgend aan voorbij en beseft slechts te sterker de waarde van zijn religie en de noodzaak zichzelf en de religie zijner vaderen trouw te blijven. Een missie die op onmondigen is afgestemd, predikt niet de volkeren der wereld het evangelie, maar sluit ze er veeleer van af. Hoe beducht we het ervaren misschien, als een aantasting van de unieke positie welke wij onze eigen religiositeit in de wereld toekenden, de religieuze volwassenheid, en meer dan dat, van de oosterse mens zullen we volledig dienen te erkennen – om daaraan de onvermijdelijke missionaire consequenties te verbinden i.c. de noodzaak van geschriften waarin ook de christelijke religie tot wasdom is gekomen en op de schoonste wijze de gestalte bezit van een mannelijke, onvervaarde levensernst. De waarachtige eerbied, die het Westen voor het boeddhisme heeft gekregen en in toenemende mate krijgt, is vanzelfsprekend ook niet het gevolg geweest van onmondige aftrekseltjes ervan, maar van het bekend worden hier van de grote religieuze geschriften van het Oosten. Slechts in dergelijke geschriften zijn de woorden aanwezig die de waarlijk religieuze mens kunnen aanspreken, treffen, innerlijk binden 2). Voor het verre Oosten zijn dat ongetwijfeld de werken van de grote christelijke mystici. Het had bij wijze van volgende bladzijde


1) ,,Cijfers en statistieken over de uiterlijke dingen van het kerkelijke leven leren ons niets over de wezenlijke van het Rijk Gods en over de werking van Gods genade in mensenzielen. En na de roes van de cijfers komt maar al te dikwijls het ontnuchterende ontwaken, wanneer de feiten spreken”, R. J. Mohr, T.E.U., nov. ’58, p. 2 e.v.
2) De Japanner Jozef Shinjiro Yokibe geeft stellig niet enkel uitdrukking aan wat voor de missionering van zijn land nodig is, als hij schrijft: ,,Mogen wij u vragen ons missionarissen te zenden die al de schatten van de Westerse kristelijke beschaving bezitten?” ,,zendt ons de gezanten van de waarheid, uw geleerden, uw kristen kunstenaars met grote faam. Bezorgt verder aan uw missionarissen alles wat nodig is om de boodschap van Kristus krachtig te kunnen verkondigen. De Japanse ziel is een kiese ziel, zeer gevoelig voor schoonheid en kunst. De vele Japanse musea zijn gevuld met Boeddhistische kunstwerken, terwijl de katholieke kerken er dikwijls in een zeer smake-


171














volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 29-07-2010 Copyright © 2010 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 27-08-2010