lijst van werken
vorige bladzijde



volgende bladzijde voor hen toch kon die mystiek nauwelijks anders zijn dan diépste misleiding, volmaakte dwaling, duivelse verblinding van de geest, de hel zelf: satan in de gedaante van een engel des lichts. Daar kwam bij, dat de toenmalige Jezuïeten-theologen voor de Mahâyâna-leer geen begrip konden opbrengen omdat, zoals Dumoulin opmerkt, ,,ihnen keine Vergleichspunkte in dem ihnen bekannten europäischen Denken zur Verfügung standen” 1) Men zal echter begrijpen welke misverstanden moeten ontstaan, hoe volstrekt ontoereikend het herkennen van boeddhistische waarheden (en onwaarheden) moet blijven, d.w.z. van de inhoud die zij voor de niet-christen hebben, als men aan het meest essentiële, aan datgene wat alle begrippen hun inhoud geeft (de mystiek), zonder aandacht voorbijgaat, ze losmaakt uit de orde-eenheid van waarden en waarheden waarin ze staan opgenomen. Voor die eerste missionarissen (en niet alleen voor hen) leerde het boeddhisme niets anders dan ,,die Rückkehr zur Leere. ’Alles in allem, begreift, dass das letzte Ziel des Buddhismus das Nichts ist’.” 2) Losgemaakt echter van de boeddhistische mystiek dekt de term ,,niets” een zuiver westers begrip, het heeft een volstrekt negatieve en nihilistische inhoud. Voor het boeddhisme echter was dit ,,niets” de mogelijkheid van toegang tot het positieve bij uitnemendheid: tot het hoogste leven, het was een ,,niets” dat bij alle verschil diepe verwantschap vertoont met de woorden van Johannes van ’t Kruis (en zovele andere christelijke mystici): ,,indien ge iets wilt worden, moet ge niets willen worden”. Deze uitspraak houdt meer in dan een ascetische imperatief en het negatieve ener deemoedige zelfontlediging. Dit niets-zijn, deze ,,donkere nacht”, die een volstrekte nacht is voor de zinnen, een schrikwekkende nacht voor het verstand en schrikwekkende leegte voor de wil, deze vertwijfeling van de mens in al zijn vermogens, is tevens voorwaarde voor de unio mystica, het hoogste kennen, en, in het boeddhisme, voor de ,,verlichting”.
In deze beide, ongetwijfeld fundamentele misvattingen (het oordeel over de heidense religies als satanische misleiding, en het volgende bladzijde


1) Idem, p. 207.
2) Idem, p. 210.


142














volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 29-07-2010 Copyright © 2010 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 13-10-2014