lijst van werken
vorige bladzijde



volgende bladzijde in feite inhoudt, ben ik zo uitvoerig op Van Straelen ingegaan. Want wij stellen niet ernstig belang in de nieuwe missie-theorieën als wij weigeren ons er rekenschap van te geven dat in hen, voor wie de nieuwe directieven bestemd zijn en van wie men hier alles moet verwachten, de voorwaarden ontbreken om ze te verwerkelijken. Het heeft geen zin, het is opnieuw noodlottig, dat te negeren. Men kan hier niet antwoorden: men moet roeien met de riemen die men heeft, de goede wil is voldoende, God doet de rest. Die goede wil is er altijd geweest, maar juist omdat die niet voldoende is gebleken, verdedigde men de noodzaak van een anders, beter gericht missionair handelen. Men kan de goede wil die zich van de niet-christelijke religies geen rekenschap geeft, niet corrigeren met een goede wil die onmachtig is er zich rekenschap van te geven. Er is geen reden aan te nemen, dat de genade, die in het eerste geval niets aanvulde, in het tweede wel voor de nodige aanvulling zal zorgdragen.

In zijn Religie der primitieve volken merkt Van der Leeuw op, dat cultuur zo goed als religie in laatste instantie het privilege is der creatieven. Deze stelling is geenszins hoogmoedig. Zij houdt onmiddellijk verband met het feit, dat elke grote religie in oorsprong antwoord was op de fundamentele vragen van het leven. Ook hieruit moet men afleiden, dat de eis vreemde culturen en religies te benaderen en dit met het doel daarin ,,de lichtsporen van de Logos spermatikos” op te sporen, voor de gemiddelde mens, i.c. de doorsnee-missionaris, een opgaaf inhoudt waarvoor hem de natuurlijke begaafdheden geheel onthouden bleven. Even onvervulbaar is voor hem daarmee de tweede eis: het eigen apostolische woord zodanig te doen zijn dat het verstaanbaar en aannemelijk wordt als voltooiing of vervolmaking van het religieuze erfgoed van het volk waartoe het zich richt.
Hiermee wordt niet gezegd, dat de missionaris geen waarachtig vruchtbaar missiewerk kan verrichten, allerminst, maar alleen: dat de nieuwe missie-theorieën voor hem niet hanteerbaar zijn en bij hem tot onvruchtbaarheid gedoemd zijn.
Toch heeft het zin, dat de missionaris naar zijn missiegebied ver- volgende bladzijde


130














volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 29-07-2010 Copyright © 2010 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 23-08-2010