lijst van werken
vorige bladzijde



volgende bladzijde een wereld die in de tragiek van haar grauwe ellende, haar uit zichtloze mistroostigheid en lelijkheid onverlost (en onverlosbaar) schijnt. Mogelijk is het daarom ook de kleine goedheid (de voor allen bereikbare) welke het aanschijn der aarde reeds op schone wijze vernieuwt, – mits men waarlijk met dit bereikbare ernst maakt. Want het kan niet ontkend: het hier bedoelde begin kan ook het meest hatelijke worden van deze hatelijke en misvormde wereld, datgene wat haar nog meer verleugent, misvormt en onleefbaar maakt. Doch alvorens op deze keerzijde in te gaan is het nodig het hier bedoelde begin nauwkeuriger te situeren.

Zoals gezegd: wij kunnen niet onmiddellijk liefde zijn. Wij kunnen echter wel dadelijk handelingen van liefde stellen, ,,faire les gestes de l’amour”, zoals Sartre, in zijn Le Diable et le bon Dieu, Goetz laat zeggen. Is het ons niet mogelijk nog, hen die ons en hen die wij haten te beminnen (wat Christus toch verlangt), het is wel steeds mogelijk bepaalde daden van vijandschap en haat, die wij kúnnen stellen, niét te stellen, gevoelens van vijandschap en haat niet in daden en woorden tot uitdrukking te brengen, niet in onszelf, en anderen, te cultiveren. Ook is het mogelijk het goede van de ander te willen zien en erkennen, en het niet-goede in onszelf. – Zo is het ook met de overige deugden. Het is ons niet mogelijk waarlijk nederigheid te zijn, op te houden hoogmoed en eerzucht te zijn. Wél is het mogelijk bepaalde onnodige daden welke de hoogmoed voeden, achterwege te laten, of, minder nog, aan hoogmoedige, eerzuchtige, naijverige gedachten in onszelf voorbij te gaan. Wel is het mogelijk deze gedachten niet te cultiveren; wel is het mogelijk zich datgene van onszelf bewust te maken dat zich als een aanklacht tegen ons richt. – Wij kunnen ons niet bevrijden van bezitzucht en hebzucht, maar wel kunnen wij nalaten die daden te stellen welke geen ander doel hebben dan ons schatten te verzamelen voor de aarde of (als heilige plicht) voor ons nageslacht, – alsof ons nageslacht slechts uit debielen bestaat wier leven van de wieg tot het graf verzorgd moet zijn, beveiligd tegen de normale eisen of spanningen van het leven, of uit uitverkorenen die een natuurlijk of goddelijk recht hebben op een volgende bladzijde


29














volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 09-06-2002 Copyright © 2010 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 15-02-2010