lijst van werken
vorige bladzijde



vorige  bladzijde worden geboren en worden reeds bij hun geboorte in een mens vaak als voor zijn leven beslissende zekerheden bezeten zónder dat de ratio bij machte is... etc.
    Ik wilde met de hierboven naar voren gebrachte voorbeelden zeggen (hierom toch bewoog gans mijn betoog n. a. v. Dubois’ boek), dat ik, als ik over dié zaken op dié wijze zekerheid heb, ik ten eerste zekerheden bezit betreffende het subliemste en waardevolste dat de menselijke geest heeft voortgebracht of de mens op aarde ontmoeten kan; ten tweede dat ik die zekerheden dan op de volmaakste wijze bezit, – direct « herkennend » en vollediger kennend dan de bewijsvoerende ratio mij kan laten kennen; en ten derde dat dit mijn onwankelbaarst weten een weten is buiten alle bewijsvoering van de ratio om. En dàt wilde ik betogen ten overstaan van – zoals men zich herinnere – een scepsis die scepsis is omdat de ratio als laatste woord geen ander woord kan spreken dan: « ik heb geen volstrekte zekerheid ».
    In verband met die zekerheden sprak ik in mijn artikel « Nihilisme en Zedelijkheld » van « herkennen », en wel omdat ik – ten overstaan van de volstrekte scepsis – de zekerheid dier zekerheden aannemelijker moest maken en moest waarmaken dat eveneens « de volstrekte scepticus » althans enkele van die zekerheden niet als waardeloos naast zich neerlegt ómdat de ratio volgende bladzijde

[136]










volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 11-03-2010 Copyright © 2010 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 26-10-2014