lijst van werken
vorige bladzijde



vorige 
 bladzijde velerlei en hevig verzet ontketenen: het verzet van hen die, binnen de Kerk, van geen Christus willen weten tegen hen, die waarachtig aan Christus willen behooren; van hen, die binnen de Kerk ,,de wereld” willen continueeren, tegen hen die de gemeenschap der Kerk willen herstellen in Christus. Dit is een conclusie die zich ook na lezing van van Duinkerkens critiek, onmiddellijk opdringt – doch ook hierover wordt door den schrijver een diep stilzwijgen bewaard. En een andere conclusie, die wij ook in de historie bevestigd zien doch waarover van Duinkerken eveneens een diep stilzwijgen bewaart, is deze dat een dergelijke strijd, voor het Rijk Gods binnen een verworden gemeenschap, vele decennia noodig heeft om zich door te zetten, – áls hij zich doorzet (en de kerkgeschiedenis is op dit punt niet bepaald bemoedigend). Van Duinkerken kweekt met dit zwijgen een weerloos en gevaarlijk optimisme; een optimisme dat alleen tragische teleurstellingen en, mogelijk, ook een diepe vervreemding kan opleveren.
Er zitten aan deze (verzwegen) gang van zaken twee consequenties vast. Ten eerste moet men constateeren dat een hereeniging der Kerken een nóg minder ,,actueel” probleem is geworden, en ten tweede, dat de opdracht die van Duinkerken een hereenigde christenheid had toegedacht vrijwel in het luchtledig komt te hangen. – En hier nader ik mijn derde bezwaar. Van Duinkerken stelt het namelijk voor alsof de hereeniging der kerken hét wapen is tegen den ondergang der Europeesche beschaving; hij ziet deze beschaving sedert lang en gevaarlijk en fundamenteel bedreigd, maar in het Duitsche nationaal-socialisme ziet hij zoo ongeveer het verschijnen van den baarlijken duivel, het volgende bladzijde

187



















volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 23-04-2011 Copyright © 2013 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 31-01-2013