lijst van werken
vorige bladzijde



onmiddellijk poneert zoodra zich een onverzoenlijk en impetueus verzet tegen haar verleugende normen, tegen haar verleugend onder-onsje richt. Wat antwoordt zij dan? Hetzelfde wat ook „de verdienstelijke mensch” op dat moment (zijn grimmigst moment) bereid is toe te geven: dat de wereld is zooals zij is, dat men de wereld niet verandert, dat het kwaad steeds oppermachtig blijft, etc. etc. – ge ként de gemeenplaatsen (hún, inhoudloos geworden, waarheden). – Ja, het is merkwaardig, de collectiviteit aanvaardt die „objectieve norm” wel als verweer tegen een agressief verzet dat haar rust bedreigt, maar als aanvaard en normaal feit, als punt van uitgang voor den rustbe­dreiger vertegenwoordigt dit standpunt slechts cynisme. Doch cynisch is dit gezichtspunt (of vertrekpunt) geenszins. Laat ons zien. – Bij zooveel overeenstemming loont het de moeite!


1. De goddelijke waarheid heeft wel een taak, maar geen functie, – tenzij die welke Christus voorspelde: van uitgeworpen te worden, van door het hier en nu waarvoor zij bestemd scheen, te worden uitgestooten. De waarheid ,die Christus is, kan wel eenige menschen verzamelen, maar deze groep, dit groepje, heeft, op zijn beurt, geen functie, – tenzij die welke Christus voorspelde: gelijk men Mij heeft uit­geworpen, zoo zal men ook u uitwerpen. En inderdaad: het Rijk Gods, als zijnde de souvereiniteit van de goddelijke liefde over ons verstand, over ons hart, over onzen wil, als zijnde de oprechte en ernstige trouw (van den goeden doch altijd menschelijken wil) aan het goddelijk verlangen om volmaakt te zijn zooals Christus volmaakt is geweest, dit

3



















volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 03-02-2007 Copyright © 2009 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 17-07-2009