|
MARCHE FUNศBRE
Ondergang der democratie
้้n klein negertje zat in een groote boot,
het schuifelde en schoof daar wat
op den bodem van die boot.
dat eene kleine negertje
dat had zooveel pleizier,
het schommelde die groote boot
ziep zoep zier
het water klotste aan den buitenkant
ziep zoep zier
en gutste in straaltjes over den rand
en het negertje had plezier
ziep zoep ziep zoep
ziep zoep zier
toen tolde het negertje tegen den kant,
de groote boot sloeg om,
het negertje zonk dat er geen eind aan kwam
en de watertjes lachten zich krom
ziep zoep ziep zoep
ziep zoep floep.
40
|
|
|