lijst van werken
vorige bladzijde



O N T W R I C H T I N G   D E R   O R D O   A M O R I S 181

vorige bladzijde voltrok. Reeds die eerste fase – het innerlijk vervréemden van zijn vroeger waarheidsleven – moet voor hem een verbijsterende ervaring zijn geweest. Zoals we vaststelden: nieuwe waarheden dringen onverhoeds zijn waarheidsverstaan binnen. Nieuwe deel-waarheden, groot en stralend – de aarde als aarde, de verborgen God en deze als Vader, de blijdschap der zinnen, zijn roeping als dichter en priester etc. (ook nieuwe tragische werkelijkheden: de menselijkheid der Kerk, een tragischer verontrust zelfbesef) – dringen naar voren en nemen, of hij wil of niet, van de liefde van deze visioenaire en dynamische mens bezit. Zij stormen onbezweerbaar op uit het diepste van zijn eigen wezen en dit met dat overmachtige, eruptieve geweld dat deze geïnspireerde en vervoerde steeds kenmerkte. Bovendien, het zijn wáarheden, en op enigerlei wijze, of hij wil of niet, móet hij ze in zich toelaten, gehoor verlenen, er zich rekenschap van geven; zij bestormen hem ook met dat onbarmhartig en nooit rustend geweld waarmee waarheden zich aan een waarheidgevoelig geweten opdringen. En Gezelle was zeer waarheidgevoelig. ‘Waarheidziek’ noemde hij ‘’t vermogen dat in mij waakt’, en daarmede karakteriseerde hij zeer precies de tragische doem van zijn clairvoyant geweten; inderdaad, dat was de martelende gedrevenheid van zijn diepste wezen (en tevens zijn uitzonderlijke kans altijd). Maar tegelijk moet hij zich tegen deze nieuwe waarheden verweren. Want hoe meer hij zich van die waarheden rekenschap geeft, hoe meer zij zijn vroegere waarheidsorde (die toch zijn enige leven is) ontwrichten en hem van zijn vroegere liefde vervreemden. En niet alleen voelde hij zich toen innerlijk en allerzijds bedreigd in zijn oorspronkelijke liefde en innerlijk losgerukt worden van een waarheid die het scheppend beginsel van gans zijn bestaan was geweest, maar noodlottiger – hij voelde zich vervreemden van een orde welker centrale waarheid, Christus gekruisigd, voor hem de essentie van het Christendom-zelf was: van die enige waarheid buiten welke geen leven mogelijk is. Zij tastten een ordo amoris aan, dat waaruit en waardoor de homo religiosus leeft, en zij tastten deze aan tot in haar grond-vesten. Toen zijn waarheid bedreigd werd, voelde hij alles bedreigd; toen hij dit ene voelde vallen, zag hij zich alles ontvallen en doorstond hij die verschrikking waarvan Pascal schreef: ‘C’est une chose horrible de sentir s’écouler tout ce qu’on possède’; en het laat zich verstaan dat hij zich niet alleen innerlijk tegen die ontwikkeling lange tijd verzet heeft, maar volgende bladzijde





















volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 13-07-2009 Copyright © 2009 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 07-09-2009