lijst van werken
vorige bladzijde



volgende bladzijde staat, die en constante groep onderdanen, namelijk allen die binnen die staat leven, omvat en de staat is gehouden hen overeenkomstig de als goed aanvaarde wetten te doen handelen, en dit omwille van het welzijn van het geheel der gemeenschap, van welk welzijn de staat de behoeder is. Jezus kon zeggen – met een bedroefd hart: ,,Wilt ook gij heengaan?” De staat daarentegen kan op een bepaald moment zelfs zeggen (en hij zegt dat met zijn strafrecht: ,,Du sollst”. De staat gaat onder met zijn macht; religie gaat onder met haar gezag. De staat verdedigt zich tot het uiterste tegen zijn ondergang (daartoe gedwongen door zijn verantwoordelijkheid voor de gemeenschap); religie kan slechts beproeven, opnieuw datgene te worden wat zij verloor: gezag, invloed van haar goed op de wil van de mens. Haar doen (en tevens haar schoonheid) is dat men in vrijheid tot haar moet komen, in vrijheid haar gezag over het eigen leven moet aanvaarden. Het is dan ook niet zo onbegrijpelijk dat ten overstaan van de overmachtige vijandige of destructieve krachten in de mens en in de wereld ook de religies bezwijken voor de bekoring van het macht of machtsinstituut worden. Maar Jezus aanvaardde zelfs de vernederende ondergang aan het kruis (hoezeer dit de zijnen ook zou ontredderen). Hij verlangde slechts dat zijn woord gezag werd. Daarom was zijn engagement met de wereld een substructureel engagement: daarom onderwierp Hij de mens niet aan wetten, weigerde Hij macht en dwang, was zijn werken voor de mens een wervend werken aan de mens, bouwde Hij op die wijze aan een nieuwe wereld binnen de oude en liet Hij de mens in vrijheid beslissen.
    De menselijke vrijheid is overeenkomstig de waardigheid van de mens en niet minder overeenkomstig de waardigheid van het goddelijke, de eer van God (waarmee een afgedwongen ,,gehoorzaamheid” in strijd is).

    Deze vier factoren: gezag zijn, de vrijheid van de mens, de waardigheid van God de waardigheid van de mens zijn ook bepalend voor ,,de zuiverheid der middelen” 1) De politiek hanteert met betrekking tot de zuiverheid van háár middelen geheel andere normen. Politiek is een strijd om het bezit en behoud van de macht: de voorwaarde voor een nieuwe wereld; en deze beslissende voorwaarde rechtvaardigt de middelen. Men zal er goed aan doen zich van deze machtsstrijd geen te huiselijke voorstelling te maken. Het is daarom nodig er een ogenblik afzonderlijk aandacht aan te besteden. Het zal misschien ook Jezus’ streven, zijn wijze van voorbereiden van een nieuwe aarde, zijn ,,strategie”, meer overtuigend maken. volgende bladzijde


1) Berrigan merkt terecht op dat door de onzuiverheid der middelen ,,de bron van actie en passie bevuild wordt”; Ondergrondse Kerk, p. 58, Utrecht, 1968. Hierbij dient men echter te overwegen, dat de zuiverheid der middelen bepaald wordt door positieve factoren.


19














volgende bladzijde
inhoudsopgave



aangemaakt: 24-02-2010 Copyright © 2014 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 04-10-2014