,,Sancta Mater Ecclesia’’ ....
Elk verzet tegen de N.S.B. zet zich bij de huidige Nederlandsche massa onmiddellijk en automatisch om in een latent of openlijk verzet tegen Duitschland. Zij, die de Nederlandsche massa tegen Duitschland willen ophitsen, behoeven slechts een sfeer van verachting en glimlachende minachting rond de N.S.B. te creëeren om hun doel te bereiken (ook dáárom wordt, door zekere machten achter de schermen, den haat tegen de N.S.B. zoo fanatiek en verbeten gecultiveerd); en zij, die tegen de N.S.B. ageeren, ageeren of zij willen of niet, tengevolge van de huidige mentaliteit der massa, ipso facto tegen Duitschland. Dit is reeds lang een niet meer te loochenen feit. Men kon zelfs het groteske, om niet te zeggen burleske verschijnsel constateeren, dat zij, die zich sterk voelden tegenover een minderheid als de N.S.B., zich even sterk, zeker; welhaast overmoedig gestemd gevoelden tegenover den bezetter, wiens beheerschte houding zij enkel toeschreven aan zwakte, aan (opnieuw) ,,bordpapieren tanks’’ . . . . Niet alleen haar verzet tegen de N.S.B., ook haar tragischen overmoed droeg de Nederlandsche massa, na maanden en maanden lang misleid en door fluistercampagne na fluistercampagne volmaakt van de wijs gebracht te zijn, over op Duitschland. — Geven wij er ons dus rekenschap van, dat wij momenteel tegenover een politiek onmondige, politiek ignorante massa staan, en dat wij, ageerend tegen de N.S.B., instincten in de massa wakker roepen, die voor onze toekomst als volk zeer gevaarlijk kunnen worden; niet omdat zij gericht zijn tegen de N.S.B., maar omdat zij zich onmiddellijk omzetten in anti-Duitsche instincten — onbezweerbaarder (en dan ook fataler) naarmate de tijd verder schrijdt.
120