Voorop sta deze uitspraak van paus Leo XIII: ,,De zorg voor het menschelijk geslacht is door God verdeeld tusschen twee machten, de kerkelijke en de burgerlijke macht, de eerste gesteld over de goddelijke dingen, de tweede over de menschelijke dingen. Beiden zijn in hun spheer de hoogste machten, beiden hebben ook welomschreven grenzen overeenkomstig hun eigen aard en oorzaak; beiden hebben dus een welomschreven spheer, waarin zij uit eigen recht kunnen handelen. — Alles dus wat in de wereld op eenige wijze heilig is, alles wat tot heil der zielen en de dienst van God hoort, hetzij uiteraard, hetzij ermede in verband staat, is onderworpen aan de gezagsspheer en het oordeel van de Kerk.’’ (Immortale Dei). In zijn geschrift over het ,,Gezag’’ vervolgt R. v. Sante O. P. dan: ,,Het doel der Kerk is hier dus klaar omschreven, n.l. de menschen tot het einddoel van hun leven te brengen, het eeuwig leven, door een gaaf godsdienstig en zedelijk leven, zooals verstand en openbaring het ons voorschrijven. Daar het doelgoed van de Kerk, het doel van den mensch is zonder meer, n.l. de mensch in het bezit van God te brengen, waarin hij alle volkomenheid zal vinden, daar bovendien volgens de gezonde rede een daad goed is, wanneer zij in overeenstemming is met het te bereiken doel, zal iedere menschelijke daad in zekeren zin onder de gezagsspheer van de Kerk vallen, daar iedere menschelijke daad concreet genomen een betrekking zegt tot het doelgoed van den mensch welks behartiging aan de kerkelijke gemeenschap werd opgedragen.’’
Evenwel:
,,In al de daden die een mensch stelt, kan men onderscheid maken tusschen daden die onmiddellijk gericht zijn op het einddoel, het eindgoed van den mensch, zooals b.v. daden van Godsvereering, van geloof, en deze vallen onder de directe rechtsmacht van de Kerk;
109