lijst De Valbijl
vorige bladzijde



vorige bladzijde áángenamer was dit reeds tans te doen. Wij zijn nu tot die analieze die misschien hardvochtig schijnen kan besloten: niet dan nadat wij daarvan de absolute noodwendigheid hebben ingezien.

Gelijk de burgerman die zonder veel moeiten — immers het burgermanszieltje is een dood dingetje — het grote levensprobleem oploste in het parool ,,zaken zijn zaken” (zijn positieve daad), dies: (zijn negatieve daad) zich nu voortaan maar om heel weinig bekommeren kàn — het leven openbaart zich aan hem als een zeer gelijkmatig zachtjes-op- en zachtjes-neerglooiende baan (waarheen?): zó ondergaan ook de jongere katolieke poëtasters, nadat zij het leven verstandelik als iets-in-de-grote-lijnen-zeer-eenvoudigs hebben achterhaald (het katolisisme, nietwaar, is het enig-houdbare gebleken!) zó ondergaan ook de katolieke jongere poëtasters dit leven als iets zéér eenvoudigs.
   Men schijnt van het leven, nu zijn sinteze werd achterhaald, niet anders dan zeer lieftallig, en, is de stemming religieus, niet anders dan zeer innig, of teer melancholies te kunnen praten. En nu bedoel ik niet, m’n zachtzinnig-geaarde vrienden, dat gij moet bulderbassen, o neen. Ik wil alleen maar zeggen dàt, wanneer iets van het leven zich in u, ààn u geopenbaard zou hebben, gij wel aanstonds zoudt bemerkt hebben dat er geen reden is: nôch om lieftallig, nòch om innig, nòch om teer-melancholies te zijn. Dat gij dat nu tòch zijt, gij poëtasters met niets dan uw goede bedoelingen, is een zeer hachelik, hoewel zeer gemakkelik te verklaren geval.
   Want het is dìt:
   Ook gij hebt ingezien, nu ja, dat uw enige doel hier op aarde is in den hemel te komen en ook gij wilt weer God het middepunt van ùw leven, van àlle leven. Gij wèrkt daarvoor en wèrkelik: O. L. H. zal tevreden met u zijn: en ook wij zijn tevreden met u in zoverre uwe bedoelingen goed zijn. Als mèns valt er weinig op u te zeggen: gij strééft. Máááár.. . ziet u, dat zijn de eigenschappen voor een degelik en trouw kongreganist, voor een ijverig straatprediker of voor een weet-ik-veel, maar daarmede zijt ge het-spijt-me-voor-u nog geen kúnstenaar! Gij hebt de sinteze van het leven-in-degrote-lijnen met uw verstand achterhaald, maar het leven-zèlf ziet u, dáárvan bezit ge niets. Gij zijt louter sinteze, gij zijt iets abstrakts, ùw sinteze is een dood ding. Want wàt doet ge: Die verstandelik-achterhaalde levenssinteze tracht gij te be-leven, tracht gij te ondergaan, tracht gij levend te maken in u, leven in te pompen, tracht gij vlees en bloed te maken en gelóóft u me! dat waardeer ik in u zeer, dat waardeer ik buitengewoon — maar indien ge de pretensie hebt kúnstenaar te zijn dan, ja dàn, dàn kan ik dat alléén niet meer appresiëren, want dan moet die vlijtig-goed-bedoelde daad, heus, hi, uiteraard óók omgekeerd in u plaats kunnen grijpen. Ik bedoel te zeggen: Het leven-zèlf, het leven ìn u, òm u, moet u brengen nògmaals, tot de sinteze die gij te voren reeds verstandelik hebt achterhaald, of, als geloovige, in nederigheid reeds hebt aanvaard. En dàt is bij u niet het geval. — Wannèèr dat gebeurt? Wèl, wanneer ge volgende bladzijde

28






















lijst De Valbijl
volgende bladzijde



aangemaakt: 19-07-2013 Copyright © 2013 by
R. Bruning en Th. Bruning
copyright
laatste aanpassing: 19-07-2013